Er wordt in bedrijven veel gesproken over waarden. Over respect, vertrouwen, samenwerking, ondernemerschap, innovatie. Mooie woorden — maar tegelijk ook woorden waar iedereen iets anders onder verstaat.
Het echte verschil ontstaat pas wanneer die waarden vertaald worden naar concreet gedrag.
Gedrag dat zichtbaar is, bespreekbaar is, en vooral: gedragen wordt door iedereen.
Dat is precies waar een gedragscode over gaat. Niet een document in een lade of een poster aan de muur, maar een levend kompas dat richting geeft aan hoe mensen met elkaar omgaan.
“Een gedragscode beschrijft wat wij normaal en gewenst vinden in ons gedrag.
En dat klinkt simpel, maar dat is het allermoeilijkste wat er is.”
— Caroline Massa, Lean Leadership Podcast
Beluister hier de aflevering uit de “Lean Leadership Podcast” met Maarten en Caroline.
Veel organisaties hebben impliciete regels over wat “kan” en “niet kan”.
Ze leven onderhuids in de cultuur, maar worden zelden expliciet benoemd.
Toen Caroline Massa voor het eerst met gedragscodes te maken kreeg, was ze leidinggevende van een team van vijftien mensen. Ze werd gevraagd om samen met haar ploeg te praten over de tien “Fundamental Inclusive Behaviors” — tien concrete gedragingen die haar organisatie wilde stimuleren.
“In het begin dacht ik: wat is dit nu weer? Nog iets extra’s dat we moeten doen.
Maar het was goed begeleid, en toen we er echt samen over gingen praten, gebeurde er iets bijzonders.” – Maarten Bossers
Tijdens die gesprekken werden grote, vage woorden plots tastbaar: hoe begroeten we elkaar? Hoe luisteren we echt? Wat verwachten we van elkaar in teamvergaderingen?
Het begon als een oefening, maar groeide uit tot een open dialoog over gedrag, verwachtingen en respect.
“Een gedragscode maakt dingen bespreekbaar die anders onder de oppervlakte blijven.
We interpreteren elkaars gedrag voortdurend, maar praten er zelden over.
Een gedragscode creëert taal om dat wél te doen.”
— Caroline Massa
Een gedragscode is geen verzameling regels of verboden.
Het is een afspraak over gewenst gedrag — over hoe we samenwerken, communiceren, beslissen, luisteren, omgaan met elkaar en met klanten.
Ze beschrijft wat in de organisatie normaal en gewenst is, en geeft houvast in situaties waar interpretatie of spanning dreigt.
“Zonder gedragscode laat je het aan het toeval over hoe mensen met elkaar omgaan.
Met een gedragscode creëer je duidelijkheid, rust en een gemeenschappelijk kader.”
— Caroline Massa
Een goede gedragscode is dus:
Elke organisatie heeft waarden. Maar te vaak blijven die abstract: “respect”, “teamwork”, “integriteit”.
De uitdaging is om die waarden te vertalen naar gedrag dat je kunt zien.
Bijvoorbeeld:
“Vertaal waarden naar positieve doetaal in de wij-vorm.
Niet ‘we onderbreken elkaar niet’, maar ‘we laten elkaar uitspreken’.
Dat klinkt actiever, nodigt uit en maakt gedrag zichtbaar.”
— Maarten Bossers
Een gedragscode die top-down wordt opgelegd, blijft papier.
Een gedragscode die samen wordt gemaakt, wordt eigendom van iedereen.
“Je maakt een gedragscode in dialoog. Niet achter je laptop, maar in gesprekken met teams.
Dat vraagt tijd, maar het maakt ze veel sterker.”
— Maarten Bossers
Door samen te benoemen wat gedrag betekent, ontdek je ook verschillen:
Wat jij normaal vindt, is dat voor een ander niet altijd.
In die gesprekken ontstaat begrip, duidelijkheid én verbinding.
Een gedragscode is geen beleidsdocument.
Je hoeft geen 25 pagina’s te schrijven met juridische taal.
Tien heldere gedragszinnen zijn vaak genoeg.
“De kracht zit in de eenvoud. Iedereen moet het kunnen begrijpen, herinneren en zien.”
— Caroline Massa
De grootste valkuil van gedragscodes is dat ze sterven aan de muur.
Mooie posters, opendeurdagen, interne campagnes… en daarna stilte.
“We hebben allemaal al gedragscodes gezien die eindigen als vergeelde affiches.
Het werkt pas als je ze inbouwt in de dagelijkse ritmes van de organisatie.”
— Caroline Massa
Hoe doe je dat? Door de code te integreren in bestaande processen en routines.
Maarten vertelt:
“In mijn vorige organisatie lag er in elke vergaderruimte een pamflet: ‘vijf gedragingen voor een succesvolle meeting’.
In het begin voelde dat wat vreemd, maar na een paar weken deed iedereen het vanzelf. De poster kwam tot leven.”
Een gedragscode leeft alleen als leiders het gedrag zelf tonen.
Mensen doen wat hun leidinggevende doet — niet wat hij zegt.
“Als de leidinggevende het niet doet, ziet niemand in waarom hij of zij het wél zou doen.”
— Maarten Bossers
Dat vraagt bewuste voorbeeldrol:
Leiderschap is geen controlefunctie, maar een rolmodel-functie.
Een gedragscode biedt hen taal en richting om dat te doen.
Een sterke gedragscode ondersteunt ook een feedbackcultuur.
Omdat de normen samen zijn afgesproken, wordt feedback minder persoonlijk en meer gedeeld.
“Je maakt de norm neutraal. Het is niet ‘mijn norm’, het is wat we samen hebben afgesproken.”
— Caroline Massa
Het geeft medewerkers houvast:
Zo groeit veiligheid, verantwoordelijkheid en wederzijds respect.
Een gedragscode is meer dan een cultuurinstrument.
Het is een essentieel onderdeel van verbetercultuur.
Ze maakt gedrag zichtbaar, bespreekbaar en meetbaar.
Ze creëert een gemeenschappelijke taal om over samenwerking te praten.
En ze maakt het mogelijk om structureel te leren van fouten, in plaats van ze te verbergen.
“Eigenlijk is het zoals 5S voor gedrag: je maakt de looppaden zichtbaar zodat iedereen weet waar hij zich kan bewegen. Dat geeft veiligheid én richting.”
— Maarten Bossers
Een goede gedragscode is dus geen eindpunt, maar een beginpunt van leren en verbeteren.
Een gedragscode is geen luxe. Het is een noodzakelijke houvast voor organisaties die willen groeien in volwassenheid, samenwerking en leiderschap.
Ze helpt waarden tastbaar maken, gedrag bespreekbaar maken en teams sterker maken.
Of zoals Caroline het samenvat:
“Een gedragscode moet niet perfect zijn. Ze moet geleefd worden.
Alleen dan wordt ze het kompas dat richting geeft aan wie we willen zijn.”
Denkfouten – Waarom we niet zo rationeel zijn als we denken…
Werkdruk – “De dunne lijn tussen stress en prestatie”